‘Onze stem brengt ons altijd bij wat nieuw is.' Erica Nap
Bovenstaande zin van mijn collega Erica blijft maar rondzingen in mijn hoofd. We spraken elkaar om uit te wisselen over ons werk en ik voelde me geïnspireerd door haar woorden. Wat een simpele zin.. en wat een waarheid. Ik kan nog steeds verwonderd zijn als ik stembevrijding geef en ik zie wat de werking is van het zingen wat er in je leeft. Ik kan me dan verbluft voelen door de eenvoud en de diepte die hand in hand gaan in dit werk. Erica vervolgt met de zin “Onze stem zoekt altijd die nieuwe plek, als we bereid zijn om expressie te geven aan wat wáár is, niet aan wat we graag wíllen dat waar is.”
Het is de spijker op zijn kop voor mij. En ze beschrijft precies het punt waar de eenvoud van ons werk vaak ingewikkeld wordt. Niet ingewikkeld voor ons hart, of voor ons lichaam, maar wel ingewikkeld voor ons hoofd. Wat man oh man, wat wil ons hoofd graag dirigeren wat we voelen, wat we denken en waar onze ervaring naar toe zou moeten gaan. Dit vertaalt zich vaak heel hoorbaar in ons zingen: dan zingen we niet wat er in ons leeft, maar zingen we wat we wíllen dat er in ons leeft. We gaan op zoek naar een ervaring. Onder het mom van ‘als ik maar hard genoeg mijn best doe dan ga ik me vanzelf vrij voelen!’ Dat werkt helaas nooit.. Sterker nog, vaak komen we dan alleen maar meer in de bevangenheid terecht.
Even een voorbeeld: Tijdens een dagworkshop stembevrijding staat er een man voor de groep. Klaar om zijn solo te zingen, zijn lied van dat moment. De klanken komen uit hem, maar het lijkt niet echt gemakkelijk te gaan. Zijn lichaam beweegt van links naar rechts en zijn ogen schieten omhoog naar allerlei plekken op het plafond. Ik vraag hem hoe het voor hem is. Hij geeft aan ‘ik voel eigenlijk niks’. Ik vraag hem hoe dat dan voor hem is, ‘niks voelen’. Hij geeft aan dat hij dat vervelend vindt en dat hij op zoek is naar wél iets voelen. Ik kan hem goed volgen in wat hij zegt. Want ik zie hem zoeken in zijn stem (door de klank eruit te duwen i.p.v. toe te laten) en in zijn lichaamstaal. Ik zeg tegen hem: ‘Als ik je goed begrijp zijn er twee dingen aanwezig in je ervaring. Ten eerste voel je niks en ten tweede vind je dat je wél iets moet voelen. Er is dus ‘niks voelen’ en ‘weerstand’. Klopt dit?’ De man beaamt dit.
Ik vraag hem of hij bij het gevoel van ‘niks voelen’ kan blijven, zonder zich te verzetten tegen deze ervaring. Want hoe voelt dit niks voelen dan precies? Waar voel je dit? Hij sluit zijn ogen en beschrijft de vlakheid die hij ervaart in zijn hele lichaam. Ik vraag hem om geluid te geven aan de vlakheid. Terwijl hij dat doet en zijn stem gebruikt om uiting te geven aan wat er is, de vlakheid namelijk, begint zijn gezicht te ontspannen. Te verzachten. Zijn stemt opent zich. De klank raakt me in mijn hart. De rusteloze bewegingen van zijn lichaam zijn opgehouden. Het is alsof er iets voor m’n ogen smelt. Vlakheid gaat over naar verzachting, verzachting naar verdriet en opeens komt door het verdriet de vreugde omhoog die zich laat zingen in een volle ‘jaaaaaa’. Ik kijk om me heen naar de gezichten van de andere deelnemers in de groep die op het puntje van hun meditatiekussen lijken te zijn gaan zitten. Het is in de hele ruimte voelbaar: hier heeft zich iets geopend. Hier heeft zich iets getransformeerd.
Zingen en transformatie Het blijft ontzagwekkend. De transformatieve werking van zingen. Een wonder ook wel. En het herinnert me er keer op keer aan dat precies datgene wat waar is in dit moment de poort is naar vrijheid. Naar vreugde. Het vraagt ons steeds weer om te buigen voor wat er nu waar is in onze ervaring. Niet wat we willen wat waar is. Precies zoals Erica het beschrijft.
Het laat me ook keer op keer weer zien wat de uitwerking is op het grotere geheel, als één persoon zich opent. Want niet alleen opent zich iets in hem, er opent zich iets in de hele groep. Een hart dat opengaat is zeer besmettelijk namelijk. De andere kant is ook waar: geslotenheid is ook besmettelijk. Want we zijn allemaal zulke gevoelige wezens en stemmen ons bewust en/of onbewust af op wat we voelen in onze omgeving. Is het hier veilig? Kan ik me hier kwetsbaar opstellen? Moet ik me vermannen? Neem ik niet te veel ruimte in?
Ik denk dat we allemaal verlangen naar vrijheid en naar openheid. En dat het vaak heel spannend is om ons te openen. Het is daarom ook zo helend om onszelf de ervaringen te gunnen die ons vertrouwen kunnen laten groeien: door op plekken te komen waar we worden gesteund in vol tevoorschijn komen en daarin worden ontvangen (niet per se vol in volume, maar wel vol met ons hart). Plekken waar we het samen spannend vinden en waar we samen moedig zijn. We zeggen vaak in ons werk: je doet het zelf, maar niet alleen.
Samen zingen. Samen onderweg. Samen in steun, in tranen, in vreugde, in kracht, in zachtheid en in verbinding. Dit is niet alleen heilzaam voor onszelf als individu, maar ook voor de rest van de wereld. Ja, ik maak het gelijk maar even groot, maar zo voelt het echt. We hebben het met elkaar te doen in dit leven, niet alleen. Laten we dus steun zoeken bij elkaar, zodat we onze eigen weg naar vrijheid, zachtheid en openheid weten te vinden. Zodat we vervolgens de mensen om ons heen verschrikkelijk kunnen besmetten met het virus van het hart. De symptomen zijn: verzachting, openheid, heling en de neiging om te verbroederen.
Wij dragen daar graag een steentje aan bij zoals je weet. Hieronder zie je weer een overzicht van de activiteiten die er aan zitten te komen.